Omdat ik heb mogen doorleren, laat ik me niet zo
gauw afschrikken door klein gedrukte, dikke boeken. Niettemin gaat mijn
voorkeur uit naar boeken met plaatjes. Helaas zijn die er haast niet in de
traditionele joodse literatuur. De enige uitzondering is de haggadah.
Van de haggadah verschijnen, vooral hier in Israël, maar ook in de Verenigde Staten, jaarlijks nieuwe uitgaven, die na Poerim net zo attractief liggen uitgestald bij de orthodoxe boekhandel (maar ook bij de filialen van de wereldse ketens Steimatzky en Tsomet Sefarim) als de actuele bestsellers bij een AKO-vestiging. Nu is de tekst van de haggadah al sinds eeuwen gestandaardiseerd (enkele pogingen tot uitgaven met een “geactualiseerde” tekst of een “hedendaagse boodschap” daargelaten), dus de nieuwigheid zit in iets anders, bijvoorbeeld een nieuw commentaar, of juist een heel oud commentaar, maar dan in een nieuw jasje. Zulke haggadot zijn vaak nogal lijvig, en het commentaar omvangrijk en klein gedrukt, en er staan meestal ook geen plaatjes in. Interessant om uit te leren, maar het is me niet helemaal duidelijk wat je op de seideravond met al die tekst moet. Het is immer a priori vereist om de seider te beëindigen vóór chatzot, halachisch middernacht, bij ons dit jaar om ongeveer kwart voor één, met het eten van het afikoman. Een andere mogelijkheid om met een nieuwe haggadah te komen zijn nieuwe illustraties. Zo zijn in de loop der jaren talloze geïllustreerde haggadot verschenen, van de hand van allerlei bekende kunstenaars (Ben Shahn, Menashe Kadishman, Yaakov Agam, Raphael Abecassis, Jossi Stern, David Moss, noem maar op), maar ook van de hand van deze, gene en nog een andere professionele of niet zo professionele illustrator.
Al deze geïllustreerde haggadot staan in een
lange traditie die teruggaat tot ver vóór de uitvinding van de boekdrukkunst.
Alleen worden de met de hand gemaakte haggadot uit de Middeleeuwen geen boeken
met plaatjes genoemd, maar verluchte codices, en de plaatjes zelf illuminaties
of miniaturen, want het zijn letterlijk kleine tekeningen en schilderijtjes –
dat is nu net het verschil.
Deze verluchte haggadot uit de 13e tot en met de
15e eeuw (met een merkwaardige nabloei in de 18e eeuw) werden uiteraard niet
massaal vervaardigd, en door de tand des tijds vermenigvuldigd met de
wisselvalligheid van de geschiedenis is er waarschijnlijk veel verloren gegaan.
De weinige handschriften die over zijn staan nu bekend onder bijnamen ontleend
aan de plaats waar ze zich nu bevinden (of vroeger bevonden), zoals de
Darmstadt, de Sarajevo en Neurenberg haggadot, of aan de naam van de huidige of
voormalige eigenaar (de Kaufmann, de Yahuda, de Rothschildt haggadot, enz.).
Eén is genoemd naar de kunstenaar, in dit uitzonderlijke geval bij name bekend
(de Joël ben Sjimon Haggadah), weer andere naar de karakteristieke wijze van
illustratie (de Drakenhaggadah en de Vogelkophaggadah, bijvoorbeeld). Kenners
weten zonder twijfel het verschil tussen de Eerste Cincinnati Haggadah en de
andere drie, en tussen het Broertje van de Rylands Spaanse Haggadah en en het
Zusje van de Gouden Haggadah.
Aan het eind van de 19e eeuw moest een geleerde
en verzamelaar als David Kaufmann nog op reis om een studie te kunnen schrijven
over Hebreeuwse verluchte handschriften. Die studie verscheen vervolgens in
1898 als inleiding op een fotomechanische facsimile-uitgave van de Sarajevo
Haggadah, de eerste in zijn soort. Sindsdien zijn van zo’n beetje alle
verluchte haggadot facsimile’s gepubliceerd. Ook zijn op tal van plaatsen
afbeeldingen te vinden, zowel in geleerde werken als op kunstkalenders, en tegenwoordig
kun je scans van dikwijls het hele werk online vinden. Toch blijft dit
behelpen: je krijgt een goede indruk, maar van kunstgenot, om het zo maar te
noemen, is geen sprake, net zomin als bij een afbeelding van de Nachtwacht op
een koektrommel, hoe aardig dat verder ook is gedaan.
Maar als je het treft, kun je hier en daar en van
tijd tot tijd zo’n verluchte haggadah in het echt zien. De Vogelkophaggadah, zo
genoemd naar de Willy Wortel-achtige figuren die erin staan afgebeeld, was tot
voor kort zelfs elke dag in het Israel Museum te zien (en hopelijk opnieuw na
de heropening in juli van dit jaar). Alleen lag het boek in zijn glazen kastje
elke dag opengeslagen op dezelfde plaats – museum-technisch noodgedwongen, maar
frustrerend voor wie eens zelf zou willen bladeren.
Dit dilemma bracht de Britse firma Facsimile
Editions, gedreven door een chic echtpaar, Michael en Linda Falter, ertoe
om te pogen niet alleen het uiterlijk aanzien, maar ook de aura, zoals ze het
noemen, van een origineel handschrift te herscheppen. Zo is het aura van de
door de firma uitgegeven facsimile van de 14e-eeuwse Barcelona Haggadah het
resultaat van de beste fotografie, de beste druktechnieken (twaalfkleurendruk),
het gebruik van speciaal ontwikkeld papier, dat net zo doorschijnend is, net zo
aanvoelt, en net zo zwaar is als het originele perkament (niet dat we het
daarmee proefondervindelijk kunnen vergelijken, maar u begrijpt dat het geen krantenpapier
is), alsmede imitatie van minutieuze details als gaatjes in het origineel.
Prijs: $ 4810.
Bovenstaande, door Facsimile Editions verstrekte
informatie tot mij nemend, moest ik denken aan een tentoonstelling van
driedimensionale reproducties van schilderijen die ik ooit zag. De
penseelstreek en, als het zo uitkwam, dikke verfklodders van elk origineel
schilderij waren in reliëf gereproduceerd, teneinde de “Echtheitserlebnis” (de
tentoonstelling was ergens in Duitsland) te verhogen. Het resultaat, kan ik mij
herinneren, was verbluffend. Maar toch was het nep. En de wetenschap dat het
nep was stond mijn persoonlijke Echtheitserlebnis in de weg.
Bij alle respect voor de door Facsimile Editions
aan de dag gelegde zorg en nauwkeurigheid en de daaruit resulterende fenomenale
kwaliteit van het drukwerk, lijkt mij het uiteindelijke resultaat ook hier nep
– nogal dure nep. Wat eigenlijk voor alle facsimile’s geldt, geldt ook voor
deze haggadah: het is niet zozeer een boek met plaatjes als wel een
driedimensionaal plaatje van een boek.
Overigens is de Barcelona Haggadah (nog op voorraad) niet de duurste haggadah in facsimile. Een Spaanse uitgever, Patrimonio Ediciones, heeft in 2006 een (intussen uitverkochte) facsimile van de Prato Haggadah (genoemd naar de laatste particuliere eigenaar, voormalig opperrabbijn van Rome David Prato) uitgebracht, voor de prijs van € 6000. De firma Patrimonio Ediciones geeft geen nadere uitleg van de gebruikte werkwijze, maar verzekert dat haar facsimile’s “moeilijk te onderscheiden zijn van het origineel”. Niettemin zal de bibliothecaris van het Jewish Theological Seminary in New York bezwaar aantekenen, als je het door Patrimonio Ediciones vervaardigde boek zou willen verruilen voor de echte Prato Haggadah, die zich daar bevindt.
Wat betreft de vraag wat nu het praktische nut is
van de facsimile-uitgave van de Barcelona Haggadah, afgezien de al dan niet
ervaren echtheidsbeleving: je haalt hem tevoorschijn voor de seideravond,
natuurlijk! De hele seider draait om het vertellen over de uittocht uit Egypte
aan de kinderen, en ervaring van eeuwen leert dat dat nog het beste gaat met
behulp van afbeeldingen.
Nu gaat bij ons thuis van de vier bekers er
geheid altijd ééntje om en bestaat het risico dat een nog natte matsebal
belandt tussen de bladzijden van een haggadah. En je zal zien dat het papier
waarop de Barcelona Haggadah gedrukt is in alle opzichten op perkament lijkt,
behalve één: het absorptievermogen van aanhangende kippensoep. Maar misschien
eten de gelukkige eigenaars van een facsimile Barcelona Haggadah geen gebrokst.
(2010; een ingekorte versie heeft intussen in het
NIW gestaan)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten